Bij ons ochtendgebed thuis zijn we weer opnieuw begonnen met de vijf boeken van uitleg van Jonathan Sacks bij de vijf boeken van Mozes, de Torah. En we zijn net aangeland bij Genesis 12, de roeping van Abraham. Uit een van de essays daarbij wil ik graag het onderstaande delen (pag. 67). De ’toepassing’ laat ik over aan de lezer.
Intussen: koop dat boek en lees het vooral – Jonathan Sacks, Genesis, boek van het begin (Middelburg: Skandalon, 2020)!
“Wij leven in wat wel de slachtoffercultuur wordt genoemd.
Tegenwoordig moet je om sympathie voor je zaak te winnen jezelf overtuigend als slachtoffer positioneren. Dat heeft enorme voordelen. De mensen leven zich in jouw situatie in, steunen je en onthouden zich van kritiek op je handelwijze. Maar er zijn drie bezwaren: het klopt niet, het is immoreel en het is een ontkenning van mens-zijn. Een slachtoffer is een object, geen subject; hem wordt iets aangedaan, hij doet niets. Het slachtoffer ontkent stelselmatig verantwoordelijkheid, en wie wil helpen houdt die ontkenning alleen maar in stand. De helpers worden mede-afhankelijk, ze raken verslaafd aan het helpen. De slachtoffercultuur zoekt de oorzaak van iemands situatie in externe omstandigheden en bestendigt daarmee de slachtofferrol. In plaats van de gevangene te bevrijden uit de gevangenis, sluit de slachtoffercultuur hem op en gooit zij de sleutel weg. De oproep van God aan Abraham – ‘Trek weg uit je land, verlaat je familie, verlaat ook je naaste verwanten’ (Genesis 12:1) – was een aansporing om een nieuwe en andere weg in te slaan, de noodlottigste en tegelijk de meest hoopvolle in de geschiedenis van de mensheid. De beste omschrijving daarvan is de titel van Mandela’s autobiografie: De lange weg naar đe vrijheid.
De Tora kent twee fundamentele vrijheden: de vrijheid van God en de vrijheid van mensen.”
Neem en lees! Het originele – maar ietwat andere – Engelse essay staat hier.